WACC: Wat je altijd al wilde weten maar nooit durfde te vragen
WACC. Alleen al als je die afkorting op een feestje laat vallen, zie je mensen langzaam achteruit schuifelen om zogenaamd ’even een drankje te halen’ — en je ziet ze de rest van de avond niet meer terug. Weighted Average Cost of Capital, voluit. In het Nederlands: gewogen gemiddelde kosten van kapitaal.
Tijd om WACC van vaag naar begrijpelijk te maken. Zodat je de volgende keer niet alleen knikt, maar ook echt begrijpt waar het over gaat.
Hoe bereken je de WACC?
De WACC laat zien welk rendement je minimaal moet halen op een investering om die rendabel te laten zijn. Je kijkt daarbij niet alleen naar de rente over geleend geld, maar ook naar de kosten van het eigen vermogen. Want ook je eigen geld had je ergens anders kunnen inzetten, bijvoorbeeld op een deposito.
Stel: je investeert € 5 miljoen aan eigen vermogen. Als dat geld anders 6% had opgeleverd, mis je jaarlijks € 300.000 aan rendement. Die misgelopen opbrengst zijn de kosten van je eigen vermogen. Beide geldbronnen hebben dus een prijs. De kosten van vreemd vermogen zijn meestal eenvoudig vast te stellen: dat is de rente die je betaalt over een lening. De kosten van eigen vermogen zijn moeilijker in te schatten. Daarvoor zijn verschillende benaderingen.
Je kunt bijvoorbeeld kijken naar je meerjarenbegroting: welk rendement heb je nodig om je eigen vermogen voldoende te laten groeien, zodat je voldoet aan de financiële ratio’s?
Of je vergelijkt jezelf met anderen: welk rendement op eigen vermogen realiseren vergelijkbare zorgaanbieders volgens benchmarkgegevens?1
De berekening van de WACC ziet er als volgt uit:
WACC = (Kosten eigen vermogen × aandeel eigen vermogen) + (Kosten vreemd vermogen × aandeel vreemd vermogen)
Stel: je wilt een nieuw verpleeghuis bouwen. De bank vraagt 5% rente en je eigen geld zou je anders 6% opleveren. Je stopt 50% eigen geld in het project en leent 50%.
Je WACC komt dan grof uit op:
(6% × 50%) + (5% × 50%) = 3% + 2,5% = 5,5%
De investering in het verpleeghuis moet dan jaarlijks gemiddeld minstens 5,5% rendement opleveren om de investering te rechtvaardigen. Dat is de ondergrens: genoeg om de bank terug te betalen en jezelf een vergoeding te geven voor het risico dat je met je eigen geld loopt.

Waarom is de WACC belangrijk?
Als je iets wilt investeren (bouwen, kopen of vernieuwen), wil je weten of de investering zich terugverdient met de kasstromen die het oplevert. Omdat geld in de toekomst minder waard is dan geld nu, bereken je de contante waarde: de som van alle toekomstige kasstromen, omgerekend naar euro’s van vandaag. Want 100 euro nu is meer waard dan 100 euro over jaar. De WACC gebruik je als discontovoet. Afschrijvingen verlagen het resultaat, maar zijn geen uitgaven. Daarom tel je die weer op bij het resultaat om de kasstromen te bepalen.
Concreet:
- WACC is het minimumrendement dat de investering moet opbrengen om financieel verantwoord te zijn.
- Haalt je investering die drempel niet? Dan kost het je uiteindelijk geld en bestaat er een kans dat je in de toekomst moeilijker opnieuw kan investeren.
- Haalt je investering de WACC wel? Dan verdien je je investering terug en houd je ruimte over voor nieuwe investeringen.
WACC is dus niet alleen ’ een moeilijke formule’, maar een essentieel hulpmiddel om goed te sturen op financieel gezonde beslissingen.
Voorbeeld met contante waarde
Stel, je investeert € 25 miljoen in een verpleeghuis dat dertig jaar meegaat. Je verwacht elk jaar € 1.6 miljoen aan exploitatiekasstromen. De exploitatiekasstroom, ook wel operationele kasstroom genoemd, is gelijk aan het exploitatieresultaat plus de afschrijving. Afschrijvingen zijn namelijk kosten, maar veroorzaken geen daadwerkelijke uitgaven. Om dus te weten hoeveel echte kasstroom er uit de exploitatie komt, tel je deze niet-kaskosten weer bij het resultaat op.
Dan is de vraag of de jaarlijkse exploitatiekasstromen van € 1,6 miljoen voldoende zijn. We rekenen terug naar contante waarde bij een WACC van 5%. Want geld dat je de komende dertig jaar ontvangt, is vandaag minder waard.
Bij een jaarlijkse kasstroom van bijvoorbeeld € 1.600.000 ziet dat er zo uit:
Jaar 1: € 1.600.000 ÷ 1,05 = € 1.523.810
Jaar 2: € 1.600.000 ÷ (1,05) = € 1.451.247
Jaar 3: € 1.600.000 ÷ (1,05) = € 1.382.140
… enzovoort, tot en met jaar 30.
Als je al die bedragen optelt, krijg je de totale contante waarde. Onderstaande berekening laat zien wat de verschillende exploitatiekasstromen doen met de totale contante waarde bij een WACC van 5%.
Jaarlijkse kasstroom | Contante waarde (bij 5%) | Verschil t.o.v. investering van 25 miljoen |
€ 1.300.000 | € 19,98 miljoen | –€ 5,02 miljoen lager rendement |
€ 1.600.000 | € 24,60 miljoen | –€ 0,40 miljoen (bijna neutraal) |
€ 1.700.000 | € 26,13 miljoen | +€ 1,13 miljoen (winst) |
€ 1.800.000 | € 27,67 miljoen | +€ 2,67 miljoen (winst) |
€ 2.250.000 | € 34,59 miljoen | +€ 9,59 miljoen (winst) |
Conclusie: als je weet wat je WACC is, kun je heel gericht bepalen welke investeringen verstandig zijn. Het voorkomt dat je geld stopt in investeringen of projecten die te weinig opleveren — en helpt je juist kansen benutten die écht waarde toevoegen. Op basis van de jaarlijkse kasstroom en de WACC kun je berekenen wat de netto contante waarde is, en of deze boven of onder de investering uitkomt.
Waar moet je op letten bij de WACC?
De WACC lijkt op een nette formule, maar in de praktijk draait het om scherpe keuzes. Dit zijn de vijf dingen die je echt op orde moet hebben als je ermee aan de slag gaat:
- Weeg eigen en vreemd vermogen zorgvuldig af. De verhouding bepaalt mede de hoogte van de WACC. Zorginstellingen werken vaak met relatief veel eigen vermogen. Het zal duidelijk zijn dat de bank hier ook een standpunt over inneemt.
- Gebruik actuele rentepercentages. Neem het tarief van nieuwe leningen, niet het gemiddelde van bestaande schulden. Zo krijg je een realistisch beeld.
- Bepaal de kosten van eigen vermogen zorgvuldig. Ook al is er in de zorg geen winstuitkering, eigen vermogen heeft een prijs. Denk aan het rendement dat je nodig hebt om je eigen vermogen op peil te houden, of kijk naar benchmarks van rendement op eigen vermogen bij vergelijkbare organisaties.
- Werk met realistische verwachtingen. Baseer je kasstromen op conservatieve inschattingen. Te rooskleurige aannames leiden tot overschatting van het rendement.
- Houd de WACC actueel. Herzie je berekening bij koerswijzigingen of grote investeringen. Rentestanden en risico’s veranderen.

WACC als kompas voor slimme keuzes
WACC is geen droge formule, maar een strategisch instrument. Het helpt je niet alleen om financiële risico’s in te schatten, maar ook om kansen die echt waarde toevoegen te herkennen. Wie de WACC begrijpt, kan met vertrouwen beslissingen nemen over bouwen, vernieuwen of investeren. Juist in een sector waar middelen schaars zijn en impact groot is, verdient elke euro een doordachte afweging. Dus de volgende keer dat je voor een investeringskeuze staat: pak die WACC erbij. Niet omdat het moet, maar omdat het loont.
1 Een uitgebreide (en technische) toelichting op vaststellen van de WACC kun je terugvinden op: https://finance-ideas.nl/bedrijfswaardeberekening/
Auteurs: Edwin Kalbfleisch en Daan van Houtum
Edwin Kalbfleisch wil met zijn blogs het financieel management in de zorg versimpelen en daarmee een brug te slaan tussen de theorie en de praktijk. Hij zit in het Raad van Bestuur bij De Zorgcirkel en is schrijver van het boek ‘Financieel management in de zorg ontcijferd’.
Daan van Houtum is adviseur bij Finance Ideas en adviseert dagelijks over financiële vraagstukken bij zorginstellingen, o.a. op het gebied van financiële sturing, de meerjarenraming, financierings(strategie), investeringscapaciteit, kostprijzen, business cases en fusies en overnames.